Alexandria, in judetul Teleorman, is een middelgrote stad in het kale zuiden van Roemenië. Het grondwaterpeil is laag, waardoor er vaak droogte heerst. 's Zomers kan het hier heel warm zijn, hoewel oostelijke winden ook vocht meebrengen vanuit de Donaudelta en westelijke winden voor onweersbuien en overstromingen kunnen zorgen. 's Winter brengt deze oostelijke wind hele koude lucht mee, maar weinig sneeuw. De omgeving kenmerkt zich door landbouw. De stad ligt aan de doorgaande weg van Boekarest naar Craiova. Vanwege een bocht in de Donau is de stad niet gelegen aan deze rivier. De stad is per spoor te bereiken via het landelijke spoorwegknooppunt Rosiorii de Vede. Zie onze plattegrond van Alexandria.

geschiedenis

Alexandria is een relatief jonge stad, genoemd naar Alexandru Ghica. Hij was prins van Roemenië tussen 1834 en 1842. De stad groeide gestaag tot bijna 60.000 inwoners ten tijde van de val van Ceausescu. Daarna nam het inwonertal af tot het huidige 50.000.

bezienswaardigheden

In Alexandria zijn geen bezienswaardigheden. Loop een rondje over het saaie Centrale Plein en waan je in een slaperige provinciestad, waar je in contact kunt komen met de 'gewone' Roemeen. Er is een zwembad, Mara geheten, dat ligt bij de Peco benzinepomp.

overnachten en eten

Wil je hier toch overnachten dan kan dat in hotel Parc, waar je ook een hapje kunt eten en zelfs op het terras kunt zitten. Een andere optie om te eten is de lokale pizzeria. Zie onze pagina over hotels.

Busteni is een wintersportplaats aan de doorgaande weg van Boekarest naar Sinaia. Vanuit Busteni gaat een kabelbaan omhoog de bergen in. Het betreft een dichte cabinelift. Hiervandaan ga je in één keer tot vlakbij de beroemde erosiebeelden Babele en de Sfinx op 2216 meter. Boven moet je nog een honderdtal meters klimmen / klauteren via een pad. Er is een restaurant en beschutte wachtruimte. Vanaf hier kun je met een lift naar de Pestera Ialomitei.

De overheid is bezig met het toeristisch ontsluiten van de streek rondom het verder naar het westen gelegen schitterende Bolbocimeer in het dal aan de andere kant van de bergen. Dat is te bereiken vanuit Sinaia via de DN 71 richting Târgoviste; bij Glod begint een deels onverharde weg DJ714. De weg loopt langs twee kanten langs het meer, veel bochten voor de chauffeur. Het vervolg van de weg leidt naar Pestera Ialomitei, maar komt niet helemaal tot het klooster in de grot. Al vanaf de 16 eeuw staat er een klooster aan de ingang van de grot onder afhangende rotsen. Er zijn rondleidingen, maar je kunt ook op eigen houtje een eindje de grot in, tot voorbij de kerk. Vanaf de recreatiezone, waar je met de auto kunt komen, moet je lopen naar de grot. De weg loopt wel nog een klein stukje door naar de cabinelift naar Babele, waar het veel minder druk is dan bij de lift vanuit Busteni. Hier kun je wel met de auto komen. Je moet echter weer lopen tussen de lift en de grot, een wandeling van een kwartiertje. In de winter is het hier slecht of niet toegankelijk voor auto's.

Buzau ligt in de laagvlakte aan de oostkant van de Karpaten en 's zomers kan het er flink warm zijn. De stad ligt aan de voet van heuvels met wijngaarden, zo zie je de Feasca Neagra geadverteerd bij wijnboerderijen langs de kant van de weg. In 1431 wordt de stad voor het eerst genoemd. In 1500 nam de bisschop hier zijn zetel tijdens Radu cel Mare's bewind. Eind 19e eeuw ontwikkelde Buzau zich tot een spoorwegknooppunt, wat het nog steeds is. Rond de stad ligt wat industrie. Zie onze plattegrond van Buzau.

bezienswaardigheden

In Buzau zelfs is niet veel interessants te bezichtigen. Hoogtepunten voor een korte wandeling door het centrum zijn het bisschoppelijk paleis en de kathedraal. Aan het centrale plein, Piata Daciei, ligt het gebouw van het provinciehuis van judet Buzau. Het gebouw ligt aan een plein met daaraan winkels en aan de overkant een fontein. Aan het plein ligt ook het statige hotel Pietroasa en de bioscoop met scheuren in het beton. Maar als je met je neus naar het provinciehuis staat en rechtsaf de zijstraat Str. Cuza Voda inloopt zie je na de marktkraampjes een paar mooie 19e eeuwse huizen. In een van die panden zit het onlangs gerenoveerde hotel Corso. Een pizzeria met terras vindt u tegenover dit hotel. Uitgaan kan in Tess, een discotheek.

Even buiten Buzau is het wel degelijk interessant. Absoluut een bezoek waard is de omgeving van Pâclele. Hier zijn de Vulcanii Noroiosi, de moddervulkanen. In vijf natuurreservaten liggen verscheidene kraters. Dit is een spectaculair gezicht en uniek in de wereld. Uit de kraters ontsnappen ondergrondse gassen, die oplossen in waterlagen en als een soort modderlava naar buiten komen. De vegetatie in de omgeving heeft zich aangepast aan de zoute omgeving. De kraters van de vulkanen reiken tot 7 a 8 meter hoogte. Helaas dames, modderbaden of -maskers mogen hier niet direct worden genomen. Wel kun je met de hand de modder voelen, de temperatuur is niet gevaarlijk hoog. Pas op met lopen, soms is de modder nog zacht en stak je een stukje weg. De route naar de moddervulkanen staat aangegeven vanaf Berca, u moet richting Joseni. Direct van Berca loopt ook een weggetje dat voor auto's echter niet begaanpaar is. Na 7 kilometer staat er een bordje dat je rechtsaf moet, nog 7 kilometer verder ligt het best toegankelijke moddervulkanenveld. Er is ruim voldoende parkeergelegenheid en je kunt er wat te drinken kopen. Zie voor meer informatie in het Engels www.ici.ro/romania/en/turism/c_noroiosi.html.

foto: de maan of Vulcanii Noroiosi?

overnachten

Overnachten kan in het in communistische stijl gebouwde hotel Pietroasa, het simpele hotel Coroana of het onlangs gerenoveerde hotel Corso, dat onze voorkeur geniet. Zie onze pagina over hotels voor iets meer informatie. In het boerendorpje Starchiojd met vrolijk beschilderde kerk, op zo'n 60 kilometer afstand van Buzau, is een pension. Zie onze pagina over pensions van Nederlanders en/of Belgen.

Câmpulung ontleent zijn naam aan graaf Laurentiu Campo Longo, of ontleent de graaf zijn naam aan dit 'lange veld'? De graaf ligt begraven in het 13e eeuwse katholieke kerkje genaamd Baratia. De ouderdom van dit kerkje is bijzonder, ten zuiden van de Karpaten zijn nauwelijks zulke oude katholieke kerken te vinden. Câmpulung ligt aan de handelsroute tussen Brasov (Transylvanië) en Pitesti (Walachije), de weg loopt ook nu nog dwars door de bebouwde kom en wordt gekenmerkt door een meer lintdorpachtige aanblik ten zuiden van de bocht in de weg en meer stads ten oosten van de bocht.

bezienswaardigheden

Câmpulung is bekend vanwege het oudstbekende document in de Roemeense taal, een brief uit 1521 die hiervandaan werd gestuurd door handelaar Neascu naar schepen Hans Benkner in Brasov. Câmpulung werd onder Basarab I de eerste hoofdstad van Walachije. Als u hier bent is een bezoek aan het Negru Voda de moeite waard.

Castrul Roman

Even zuiden van Câmpulung ligt de opgraving Jidava met museumpje. In opdracht van keizer Septimiu Sever (193 - 211) werd hier een aarden verdedigingswal gebouwd, onderdeel van de Limes Translatamus. Het betrof hier een legerplaats met wallen, torens, barakken en vier toegangspoorten. Het totaal was bijna twee hectare groot.

overnachten

Het enige bij ons bekende hotel in Câmpulung heet Muscelul (Str. Negru Voda 164). Vroeger was er ook hotel Unic, maar dat is momenteel dicht, wie weet wordt het gerenoveerd. Zie onze pagina over hotels. Niet ver van Câmpulung ligt Rucar met een camping, zie onze pagina over campings. Even ten noorden van het stadhuis ligt pension Hangita.

Curtea de Arges is in de 14e eeuw enkele jaren de hoofdstad van Walachije geweest. Nu is het een rustig provinciestadje dat leeft van bosbouw, fruitteelt en toerisme. Het stadje ligt aan de zuidkant van de Karpaten, aan de toegangsweg van de Transfagarasunul.

Veel toeristen komen vooral om de historische gebouwen, zie onderstaande kaart:

Eigenlijk ligt de bisschoppelijke kerk (1) (Manastirea Curtea de Arges) omringd door het kloostercomplex. De kerk werd in 1512 door de cultuurvorst Basarab gebouwd. De kerk heeft veel marmer en mozaïektegels uit Constantinopel. In het gebouw zijn de witte koninklijke graven uit de 19e en 20e eeuw: Carol I en zijn poëtische vrouw Elisabeth, Koning Ferdinand en Koningin Marie, maar ook Carol II met zijn minnares Lupescu. Over deze koningen staat meer op onze bladzijde over bekende personen. Om de Roemeense vroomheid te bewonderen en begrijpen moet je eigenlijk een bezoek aan de kloosterkerk brengen. Rondom de bouw is een lugubere legende. De vrouw van de bouwmeester Manole zou ingemetseld zijn in de muur. Volgens een plaatselijke traditie moest een geliefd persoon begraven worden in het gebouw om het een succesvolle toekomst te geven. Manole en zijn bouwlieden zworen dat het de eerste vrouw zou zijn, die het gebouw binnenkwam. Dit bleek Manoles eigen vrouw te zijn. Vlak buiten de bisschoppelijke kerk staat de put van Manole (8). Aan de andere kant van het stadje liggen de overige bezienswaardigheden. De St. Nicolaaskerk (2), nu slechts een ruïne, werd in 1350 gebouwd en vormde een eenheid met het Vorstenpaleis (9) aan de overkant. Van buiten verwacht je niets bijzonders van het gebouw. Als je de behulpzame kosteres gevonden hebt en tegen een kleine betaling naar binnen bent gegaan zie je een onvergelijkbare hoeveelheid middeleeuwse fresco's. Rondom zijn bijbelse taferelen en geschiedenissen van heiligen. Met een verrekijker zijn de details nog beter te zien. Fotograferen gaat nog beter met een telelens, men vraagt echter wel een vergoeding als je foto's wilt maken. Het Prinselijk hof (3) (Curtea Domneasca) ligt tegenover de Vorstenkerk en werd in de 16e eeuw in opdracht van Basarab gebouwd. Het is meerdere malen verwoest en opgebouwd, maar nu resten er alleen de ruïnes. Het standbeeld van Basarab (4) (ook bij bekende personen) staat op het plein bij de ingang van het prinselijk hof.

overnachten

Midden in de stad staat het redelijk geprijsde hotel Posada (7). Het is een enigszins vervallen en saai hotel. Zie onze pagina over hotels voor meer details. De camping met huisjesverhuur bestaat helaas niet meer. Wel kunt u terecht in Pensiunea Ruxi, zie onze pagina over overige pensions.

eten

Uit eten in Curtea de Arges is geen probleem. Er is een pizzeria genaamd Montana en diverse andere restaurants. Wij aten in het gezellige restaurant Capra Neagra (Str. Negru Voda). Er was een uitgebreide spijskaart met lekkere gerechten.

naar Bulgarije

Deze stad is weinig interessant, maar ligt strategisch aan de Donau tegen de Bulgaarse grens. Aan de overkant ligt Ruse. Er zijn drie mogelijkheden om de rivier over te gaan: over de 4 kilometer lange brug met de auto of met de trein, de bac (kleine ferry) of de Ro-Ro (grote ferry). De Ro-Ro gaat elke drie uur, 24 uur per dag en kost 5 euro per passagier (plus een ecotax) en 25 euro per auto. Vanaf Giurgiu-centrum richting de brug en dan linksaf. De bac gaat veel vaker, gewoon als-ie vol zit. De bac is ook goedkoper, 10 euro per auto en 1 euro per passagier (ook plus ecotax) en vertrekt vanuit de haven. Te voet kun je niet over de brug, de taxi's die klaarstaan vragen absurde prijzen, dus bedenk hoe u hier het beste over komt (liftend of verstopt tussen een lading bieten achterop een vrachtwagen?). Een andere mogelijkheid is om de trein te nemen, maar om het ingewikkeld te maken zijn er in Giurgiu twee stations; alle treinen naar Bulgarije gaan vanaf Giurgiu-Nord (ligt vijf kilometer buiten de stad). Zie ook onze plattegrond van Giurgiu.

overnachten

Stel dat u hier moet overnachten, dan heeft u pech, want er is niets leuks in Giurgiu, net als in veel grenssteden overigens. Maar u boft omdat er keuze is aan hotels in Giurgiu. Volgens ons kunt u het beste terecht in Motel Prietenia juist bij de brug. Hier is ook een prima restaurant. Andere hotels zijn Victoria (Str. Garii 1) of het grote Hotel Steaua Donarii (Str. Mihai Viteazul 1). Zie onze pagina over hotels voor meer informatie. Een camping of pension is er niet in de buurt. Een tip net over de grens in Bulgarije is het Anna-Kristina Hotel (Baba Vida Str. 2, 3700 Vidin, Bulgaria tel +359-94-606038 fax +359-94-606037 E-mail office@annakristinahotel.com Homepage www.annakristinahotel.com).

Pitesti ligt aan het begin van de snelweg naar Boekarest. Dat is geen toeval, in deze verder totaal oninteressante stad staat de Daciafabriek. Van het model gebaseerd op de Renault 12 zijn er miljoenen van de lopende band gerold; over deze auto circuleren in Roemenië bijna net zoveel grappen in de trant van: "Waarom heeft een Dacia twee uitlaten? Dan kun je hem als kruiwagen gebruiken". Als u aankomt per openbaar vervoer komt u op het zuidstation, terwijl er heel verwarrend ook een tweede station in de stad is. Via deze link kunt u een plattegrond van Pitesti downloaden.

bezienswaardigheden

In Pitesti stond een gevangenis, waarvandaan in de loop van de 20e eeuw bijna tweehonderdduizend mensen naar werkkampen werden gestuurd. Velen werden 'psychiatrisch' behandeld of gemarteld en hebben het niet overleefd. Tegenwoordig bestaat de gevangenis niet meer, maar staat er een gedenkzuil voor de slachtoffers op Str. Negru Voda. Loop langs het prinselijk hof in Str. Victoriei, daterend uit 1654, naar het het westen waar Parcul Padurea Trivale ligt. Bij de ingang van het park staat een poort die de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog herdenkt. In het park is een dierentuin. Het centrum van Pitesti is in communistische stijl opgebouwd; als het je smaak is moet je hier zeker een kijkje nemen. Tussen de flatblocks ligt een plein met een glooiend watertje en veel bloemen en een paar aparte fonteinen. Het enige historische gebouw aan het plein is de Serbankerk. Het bijzondere is dat deze de eerste kerk was waarvan ook de torens in baksteen zijn opgemetseld.

foto: Pitesti tulpenstad

overnachten

Op een kluitje in het centrum liggen drie hotels. Hotel Arges (Piata Muntenia), hotel Carmen (Blvd. Republicii 84) en hotel Muntenia (Blvd. Republicii). De prijzen voor een kamer verschillen nogal naar gelang het soort kamer dat je wenst (gerenoveerd of niet, twijfelaar of echt 2-persoonsbed, wel of geen televisie etc.) en met hoeveel personen je bent. Wij raden daarom aan om te voet even een rondje langs deze drie te lopen en de verschillende tarieven te vergelijken. Hotel Arges is tamelijk saai, hotel Carmen ziet er het meest modern uit en hotel Muntenia is een typisch communistisch gedrocht, met toch redelijke kamers. Wij kwamen uit in hotel Muntenia, waar ook een redelijk restaurant zit. Ook is er nog hotel Victoria (Str. Maior Sontu 2). Zie onze pagina over hotels voor de details van deze hotels.

restaurants

Eten kan in het restaurant van hotel Muntenia of in restaurant Arges (Str. Victoriei 20). Ook is er natuurlijk een MacDonald's die inmiddels ook in deze stad hamburgers bakt. Verder zitten er wat terrasjes en pizzatentjes rond het centrale plein.

Dit is de oliestad van Roemenië en de hoofdstad van de provincie Prahova. De legende wil dat de stad is gesticht door een schaapherder met de naam Ploaie, die hier in 1503 zijn schaapskooi bouwde. Officiële bronnen documenteren de stichting van Ploiesti door Mihai Viteazul in 1597. Gedurende meer dan 250 jaar gebeurde er vrijwel niets in Ploiesti. Sinds 1857 wordt hier olie gewonnen en geraffineerd. In het interbellum telde Roemenië mee in de olie, als Europa's grootste en 's werelds zesde olienatie. Sinds het midden van de jaren zeventig zijn de voorraden behoorlijk uitgeput en speelt Roemenië geen rol meer in de OPEC (daarvan is Roemenië niet eens lid). In de stad zijn maar liefst vier stations; het zuidstation is voor treinen van en naar Moldova en Moldavië, het weststation voor treinen van en naar Transylvanië. De verbindingen naar Boekarest per trein doen beide stations aan. De twee andere stations zijn niet vermeldenswaardig. De doorgaande treinen van Boekarest naar Boedapest en Warschau stoppen in Ploiesti. Er is ook een nachttrein naar Sofia en een nachttrein naar Chisinau vanaf Gara Sud. Shoppen kan prima in het warenhuis Central, vlakbij de kathedraal op Blvd. Unirii. Klik hier om een plattegrond van Ploiesti te downloaden.

foto: jaknikker bij Ploiesti

bezienswaardigheden

In Ploiesti zijn drie aardige musea: Europa's enige echte oliemuseum (Str. Bagdasar 8 tel 0244-123564), het geroemde klokkenmuseum (Str. Nicolae Simachei) met onder andere een 18-eeuwse Oostenrijkse rococoklok die aan de Wallachijse prins Alexandru Ioan Cuza behoorde en het historisch museum (Str. toma Caragiu 10) met een leuke verzameling oude munten en een herdenkingskamer voor de schrijver Ion Bassarabescu. Wandel in de stad over het Piata Victoriei met een monument voor de slachtoffers van de revolutie uit 1989, langs het cultuurpaleis (met twee oninteressante musea) naar de kathedraal van Sfântu Ioan.

overnachten

In Ploiesti zijn drie hotels, waarschijnlijk bent u het beste af in hotel Central (Blvd. Republicii 9) aan het Piata Victoriei. De andere hotels zijn Prahova Plazza hotel (Str. Dobrogeanu Gherea 11) en hotel Turist (Str. Tache Ionescu 6). Zie onze pagina over hotels voor meer informatie. Voor kamers bij mensen thuis gaat u naar de lokale vestiging van Antrec via Danalex (Piata Victoriei Block West App. 30 tel & fax 0244-193372). Aan de uitvalsweg, weg 1 richting Brasov, bij de grote winkels (Metro, Carrefour etc.) ligt een Petrom motel.

restaurants

Restaurants zijn niet het sterke punt van Ploiesti, op Piata Victoriei zit gelukkig een MacDonald's. Probeer in ieder geval restaurant Boulevard, met een tuinterras 's zomers, bij het klokkenmuseum in de buurt. De lokale pizzeria heet Club Mediteraneo.

Sinaia is vooral bekend om het Pelespaleis, maar het is tevens een belangrijk wintersportoord. De naam zou door de edelman Mihai Cantacuzino, die hier een klooster stichtte, bedacht zijn, nadat hij een pelgrimstocht naar de berg Sinaï in Egypte maakte. In 1870 koos koning Karel I Sinaia als plaats voor zijn zomerkasteel. Achter het Pelespaleis staat ook het Pelisor paleis. Tot 1920 lag bij de Predeal-pas de grens tussen Roemenië en de Hongaars-Oostenrijkse monarchie. Wij hebben van Sinaia een plattegrond. De stad bestaat voornamelijk uit steile straatjes en trappen. Parallel aan het spoor loopt de hoofdstraat, Boulevard Carol I. Aan deze straat liggen alle hotels, restaurants en café's. Qua vervoer ligt Sinaia aan de spoorlijn tussen Ploiesti / Boekarest en Brasov. Alle doorgaande treinen stoppen hier. Met de auto moet u de pas door de Karpaten over, die hier goed toegankelijk is. 's Winters moet u hier vaak sneeuwkettingen om. Voor meer informatie over Sinaia in de winter kunt u onze pagina over wintersport bekijken.

bezienswaardigheden

De voornaamste bezienswaardigheid in het stadje is het klooster, daterend uit 1695. Voormalig staatshoofd Take Ionescu (premier van 1921-1922) ligt hier begraven. De fresco's in het klooster zijn nog deels authentiek. In het bijbehorende museum ligt de eerste Roemeenstalige bijbel in het cyrillische schrift uit 1688. Achter Hotel Montana gaat een kabelbaan naar boven in twee etappes. Het eerste stuk brengt u naar 1400 meter hoogte, waar een restaurant is. Gaat u ook voor de tweede etappe, dan eindigt u op ruim 2000 meter hoogte, met een schitterend uitzicht over de Bucegi-bergen. Hier zijn 's winters volop skimogelijkheden, zie onze pagina over wintersport. De kabelbaan gaat elk half uur, maar let op dat u niet de laatste mist, ze stoppen vroeg in de middag! U kunt altijd nog omlaag of omhoog lopen, een mooie wandeling die wij zelf ook maakten. Bovenin op de bergweiden kunt u in het late voorjaar edelweiss vinden.

Pelespaleis

Het paleis ligt vanaf het station een kilometer of twee bergopwaarts lopen. Volg de borden, sommige stukken pad zijn aan het begin trappen. Later komt u op de brede oprijlaan. U kunt deze ook met de auto nemen, als u slecht ter been bent. Als u het paleis binnengaat moet u slofjes aan om uw gewone schoenen, om de tapijten niet te beschadigen. Binnenin zijn een heleboel aparte dingen te zien. Het kasteel was het eerste gebouw in Europa met elektriciteit en centrale verwarming. Elke kamer is ingericht in een andere stijl, die een Europees land representeert. Ten tijde van Ceausescu werden hier hooggeplaatste personen uitgenodigd, zoals Nixon, Gadaffi, Arafat en Ford. De Rembrandts aan de muur zijn kopieën. Vanaf de bibliotheek leidt een geheime trap naar de tweede verdieping. Let op de spiegelzaal en het met leer beklede plafond van de eetzaal. In de dichtzaal zijn glas-in-loodramen die Roemeense sprookjes uitbeelden. De Florence-kamer en de Venetië-kamer zijn erg indrukwekkend. Het paleis is open van 9.00 - 15.00, behalve op maandag en dinsdag. Boven het Pelespaleis ligt het Pelisorpaleis, wat door de neef van Karel I, Ferdinand (hij werd na Karel I koning van Roemenië), gebouwd werd, omdat hij niet goed met zijn oom kon opschieten. Hier woonde Ferdinand met zijn vrouw Maria. Het bed waarin de tweede koning van Roemenië stierf staat hier nog altijd. Let ook op de gouden kamer, waarvan de muren geheel met bladgoud zijn afgezet. Dit paleis is ook open voor publiek. Het grote huis naast het Pelisorpaleis is het Foisorul jachthuis, gebouwd door Karel I toen het Pelespaleis nog in aanbouw was. Ceausescu gebruikte dit als een van zijn eigen jachtdomeinen. Dit huis is niet toegankelijk voor bezoekers.

foto: het bordes van het Pelespaleis

overnachten

Wij raden hotel Montana (Blvd. Carol I 24) of Pensiune Parc als beste keuze aan, zie onze pagina over hotels voor meer keuze en informatie over hotels. Kamperen kunt u desnood op de camping aan de zuidkant van Sinaia, hoewel het sanitair hier matig is. Zie onze pagina over campings. Een privékamer is een serieuze alternatieve optie. Bij het station wordt u waarschijnlijk wel een kamer aangeboden. Het is leuk om in Hotel Cota 1400 te slapen, het eind van de berglift vanuit Sinaia. Je kan er ook per auto komen. Op het parkeerterrein heb je 's avonds laat (een kleine) kans om een beer te zien. Het uitzicht vanaf het terras is fantastisch.

restaurants

Als restaurant bevelen wij Snow aan, beneden bij de berglift. De serveersters zijn in Tiroler dracht gekleed.

Middelgrote stad, gelegen in de grote vlakte tussen Boekarest en de Zwarte Zee. De snelweg snijdt de kaarsrechte verbinding tussen Calarasi en Slobozia precies halverwege. De stad zelf ligt in judet Ialomita, genoemd naar de gelijknamige rivier de Ialomita. In de omgeving zijn veel gesystematiseerde dorpen te zien, omdat dit onder de 'rook' van Boekarest ligt (bij westenwind) en vlak, boeren land betreft, waarop Ceausescu zijn systematiseringspolitiek naar hartelust uit kon proberen. Zie bijvoorbeeld de dorpen met de namen van bekende Roemenen als Gheorghe Lazar, Gheorghe Doja, Stefan cel Mare en Ion Ghica. In de wijdere omgeving liggen meer van zulk soort stadjes met de naam van een bekende Roemeen. Andere gesystematiseerde dorpen kregen nog kunstmatiger namen als Slobozia Noua of Fundata. Zie ook onze plattegrond van Slobozia.

De oudste geschreven herinnering aan deze voormalige hoofdstad van Walachije komt voor in het reisverslag van Johann Schilberger uit 1396. Târgoviste heeft vooral bekendheid verworven door de arrestatie van het echtpaar Ceasescu, het korte proces en hun dood hier. De kazernes waar dit plaatsvond staan er nog altijd, op loopafstand van het station. Toen wij probeerden foto's te maken hiervan (natuurlijk ten behoeve van deze website) werden we vriendelijk doch dringend verzocht de camera weer op te bergen. Vandaar dat we helaas geen beelden kunnen tonen. Toch raden wij het aan om hier even langs te lopen, al was het alleen maar om wat 'sfeer' te proeven. Târgoviste is echter om meer redenen de moeite waard, zoals vanwege de ruïnes van het prinselijk paleis en de Chindia toren. Zie onze plattegrond van Târgoviste.

prinselijk paleis

Het prinselijk paleis werd gesticht gedurende de regeerperiode van Mircea cel Batran (1394 - 1418). Zijn opvolgers hebben veel veranderingen en vergrotingen doorgevoerd. Oorspronkelijk deed het paleis dienst als onderkomen voor de familie van Mircea cel Batran, alsmede voor zijn hofhouding. Mircea liet ook de muur en de eerste kerk aan de noordzijde van het terrein bouwen. De Chindia toren, die later het symbool van de stad werd, is gebouwd tijdens het regime van Vlad Tepes. Van 1418 tot 1659, was Târgoviste hoofdstad van Walachije. In deze tijd ook woonde Vlad Tepes hier, zie onze pagina over bekende personen voor meer informatie over Vlad de Spietser. De Chindia toren deed dienst als observatie- en verdedigingstoren. Momenteel is in de otren een museum gevestigd over Vlad Tepes. De prinsen Neagoc Basarab en Petru Cercel lieten het paleis vergroten en restaureren. In 1598 liep het complex grote schade op bij een brand. Matei Basarab herbouwde het paleis, legde een tweede verdedigingsmuur aan en construeerde het Turkse bad. Onder Gherghe Ghica werd het paleis op bevel van de Turkse sultan grotendeels afgebroken, maar Constantin Brâncoveanu herbouwde het opnieuw. Na zijn afgrijselijke dood werd het paleis aan zijn lot overgelaten en verviel het tot een ruïne, mede doordat inwoners van de stad bouwmateriaal ontleenden aan het paleis voor de bouw van hun eigen huizen.

1. Paleis in de 14e - 15e eeuw
2. Paleis in de 16e eeuw
3. Paleiskerk in de 14e - 15e eeuw
4. Paleiskerk in de 16e eeuw
5. Verdedigingstoren Chindia uit de 15e eeuw
6. Verdedigingstoren uit de 14e - 15e eeuw
7. Klederingang uit de 16e eeuw
8. Kelderingang uit de 17e eeuw
9. Verdedigingsmuren uit de 14e - 15e eeuw
10. Aanvullingen door Matei Basarab en Constantin Brâncoveanu
11. Koniklijk bad uit de 17e eeuw
12. Verdedigingsmuur uit de 16 eeuw
13. Verdedigingswerken door Matei Basarab
14. Toegang naar prinselijke tuinen
15. Ingang naar toren uit de 16e eeuw
16. Verblijven van bewakers
17. Waterput uit de 17e eeuw
18. Toegangspoort uit de 17e eeuw
19. Toegangspoort op heuvel
20. Heilige Vinerikerk uit de 15e eeuw
21. Verblijf van prinses Balache uit 1656
22. Binnenplaats voor hofhouding
23. Tuinhuis van Brâncoveanu
24. Huis midden 19e eeuw

Dealu klooster

Een andere sight is het Dealu klooster. Dit dateert oorspronkelijk uit 1431. Onder het bewind van Radu cel Mare en onder leiding van zijn zoon Vlad cel Tinar is het klooster verder gebouwd. Architectonisch wordt het beschouwd als een van de waardevolste van de 16e eeuw. Het vernieuwende in de architectuur betreft de wijze waarop de twee kleine torens zijn geconstrueerd. De ingang wordt geflankeerd door rijk versierde panelen. Dobromir, die ook de kloosterkerk in Curtea de Arges beschilderde, droeg zorg voor de schilderingen. Ook het klooster werd regelmatig verwoesd en weer opgebouwd en beschilderd onder Constantin Brâncoveanu. Niet alleen brandstichting, maar ook aardbevingen, teisterden het klooster. In de kerk is een aantal graftombes van lokale prinsen. Ook is hier de kroon van Mihai Viteazul te zien. De twee witmarmeren sarcofagen in Byzantijnse stijl aan beide zijde van het voorportaal zijn een eerbetoon aan Mihai Viteazul en Radu cel Mare. Het klooster werd het eerste kunstzinnige centrum van houtsnijkunst en miniaturen.

Kazerne van Ceausescu

Tussen het station en het centrale plein ligt de kazerne waar in 1989 voor de kerstdagen Nicolae Ceausescu en zijn vrouw Elena zijn berecht en geëxecuteerd. Sinds 2013 is de kazerne toegankelijk voor publiek, er is een museum gemaakt die de plaats waar dit alles plaatsvond in oorspronkelijke staat tentoongesteld is. Je kunt vertrekken zien waar de Ceausescu's verbleven, medisch werden onderzocht en berecht. Je kunt zelfs de plaats van executie buiten zien met kogelgaten en getekende omtrekken van lichamen op de grond. Zie ook een artikel uit Trouw over de kazerne hier.

overnachten

In de stad ligt aan het centrale plein een groot, groen gebouw. Dat is hotel Valahia. Aan hetzelfde plein ligt hotel Dambovita, misschien iets minder pijnlijk voor de ogen aan de buitenkant, maar ook een typisch groot hotel. Bij ons laatste bezoek sliepen we in hotel King (Bd. Carol I nr 7), meer boetiekstijl, waar onderin een zwembadje zit. Zie onze pagina over hotels.

restaurants

Je kunt in een leuke tuinsfeer eten in Pizza Alexo op het terras naast het archeologisch gebied bij de Chindiatoren (Calea Domneasca 6). Of je kunt iets zoeken op het centrale plein in Târgoviste.

Transfagarasanul: haarspeldbochten bij de hoogste pas in Roemenië

Hierbij volgt een beschrijving van de Transfagarasanul van noord naar zuid. Bij Scoreiu takt van de hoofdweg N1 / E68 de mooiste bergweg van Roemenië af. De N7C brengt u via een schitterende route naar Curtea de Arges: De Transfagarasanul. De grootste hoogte is 2034 m, de langste tunnel is 845 meter lang. De weg is alleen in de zomer te berijden, maar zelfs dan is de weg soms afgesloten wegens sneeuwval. Probeer dus altijd te informeren of de weg open is! We hebben er ook fietsers gezien, maar voor hen is het een hele onderneming, ook vanwege de hinder van de auto's. De weg is een van de megaprojecten van Ceausescu. Hij kreeg het idee tot de bouw van de weg tijdens een jachtpartij in Bâlea. Hier werden gevangenen te werk gesteld die het hele jaar door aan de weg moesten werken. Er zijn vele slachtoffers gevallen bij de aanleg, de bouwtijd was viereneenhalf jaar. Je komt eerst langs Cârtisoara over een kaarsrechte weg. Na 10 kilometer beginnen de haarspeldbochten, na 20 kilometer is er de waterval van Bâlea met berghut en restaurant. Dan worden de haarspeldbochten heviger en passeer je het Bâlea Meer. Vanaf de weg kan je met een kabelbaan naar het meer. Hier hield Ceausescu zijn gemzenjacht vanuit een helicopter. Hiervandaan heb je uitzicht op de Moldoveanu, met 2544 meter Roemenië's hoogste berg, aan de ene kant van de weg. Aan de andere kant ligt de nauwelijks minder hoge berg Negoiu van 2535 meter hoogte. Wij gaan de tunnel in en komen in de provincie Arges. Vanaf de voet van de Piscul Negru, 8 km na de tunnel heb je een prachtig uitzichtspunt op al de haarspeldbochten. Daarna loopt de weg tamelijk recht langs het riviertje de Arges. Slingerend loopt de weg langs het kunstmatige Vidraru Meer. Aan de zuidkant ligt het kasteel van Poienari, een van de Draculakastelen in Roemenië, in 1459 door Vlad Tepes gebouwd als bescherming tegen de Turken. Het kasteel is te bezichtigen, vanaf de stuwdam moet je 1480 treden naar boven gaan. Na enkele makkelijke kilometers kom je in Curtea de Arges.

foto: Transfagarasanul