Bekende personen

De Roemenen zijn erg gehecht aan hun grote mannen en vrouwen. In elk dorp kom je dezelfde namen tegen bij de straatnamen. Vandaar dat wij hieronder een lijstje van ze gemaakt hebben.

Antonescu, Ion
Ion Antonescu (1882-1946) was een Roemeens maarschalk en fascistisch politicus. volgde een succesvolle militaire carrière welke in 1933 werd beloond met een maarschalksstaf. Hij was 1937 tot 1938 minister van Defensie. Reeds voor de Tweede Wereldoorlog was hij een bewonderaar van het Duitse nationaal-socialisme en het Italiaanse fascisme. Roemenië, dat zich in 1940 bij de As aansloot, verloor in de zomer van 1940 Noord-Boekowina en Bessarabië aan de Sovjet-Unie en Zuid-Dobroedzja aan Bulgarije. Koning Michael van Roemenië benoemde op 5 september 1940 Antonescu tot premier. Antonescu vormde daarop een 'nationaal-legionaire' regering, waar ook de IJzeren Garde deel van uit maakte. In januari 1941 zette Antonescu (met steun van de Duitsers) de felle antisemitische IJzeren Garde uit de regering. Antonescu genoot het volledige vetrouwen van Adolf Hitler en stuurde 15 divisies naar het Oostfront (1941) om tegen de Sovjet-Unie te vechten. Na de mislukte Slag om Stalingrad, trachtte Antonescu de kleinere As-staten te bundelen om tegen de geallieerden te vechten. Zijn binnenlands beleid kan men in twee fases opdelen: 1 (september 1940 - januari 1941): De coalitie met de IJzeren Garde. Deze werd gekenmerkt door gruwelijk anti-semitisme, pesterijen en dodelijk geweld in de richting van Joden en andere minderheden. 2 (januari 1941 - augustus 1944): Deze periode werd gekenmerkt door de uitschakeling van de IJzeren Garde en door een soort schijn-gematigdheid. De Zionistische Wereldfederatie mocht vrij opereren om een 'oplossing te vinden voor het Joodse vraagstuk'. Zijn plannen om de Joden massaal naar Palestina over te brengen werden door de Engelsen tegengehouden. Onderwijl gingen de deportaties van Joden en anderen gewoon door. Door al deze maatregelen kwam ruim 60% van de Joodse bevolking (deze telde in totaal circa 500.000 personen) om het leven. Op 23 augustus 1944 werd hij door koning Michael gearresteerd en eigenhandig door de koning in de koninklijke postzegelkluis opgesloten. Na de oorlog werd hij geëxecuteerd.

foto: Ion Antonescu

Axente Sever, Ioan
Ioan Axente Sever (1821-1906) was de zoon van een Transsylvaanse boer. Hij studeerde theologie en filosofie in Blaj en rechten in Sibiu en Cluj. In 1847 kreeg hij een baan als leraar Latijn en Roemeens in Boekarest, waar hij in nauw kontakt kwam met leden van de revolutionaire groep Fratia uit Muntenië en met andere Roemeense nationalisten. Hij deed mee met de revolutie in juni 1848 in Boekarest en was daarna propagandist en nationalistisch publicist. In het midden van augustus 1848 keerde hij terug naar Transsylvanië (Sibiu) waar hij deelnam aan in Roemeense nationalistische activiteiten and protesten, waarbij ook hoorde de Derde Assemblee in Blaj in September 1848. Hij werd benoemd tot aanvoerder van het Legioen van Blaj en moest leiding geven aan 10.000 man. Het was het grootste Transsylvaanse leger en hij kreeg de bijnaam “Sever” vanwege zijn onwrikbare strengheid. In 1849, voegde zijn leger zich bij het verzet van Avram Iancus in het Apusenigebergte. Die was vooral bekend door het verslaan van Hatvany in mei en de doorbraak bij de overwinning van Alba Iulia in juli. Na 1848 weigerde hij onderscheidingen van de Habsburgers, maar bleef dienen als de leider van de Roemeense nationale beweging (was in 1861 medeoprichter van ASTRA) en bij de Landdag van Sibiu (1863-1865). Later in zijn leven bleef hij doorgaan met het koesteren van zijn utopische aspiraties en plannen voor de Roemeense eenheid. Na de eerste Wereldoorlog zag hij zijn plannen waarheid worden.
Als dank is het Saksische dorp Frauendorf (jud Sibiu), zijn geboortedorp, naar hem vernoemd.

foto: Ioan Axente Sever

Balcescu, Nicolae
Geschiedkundige, schrijver en opstandeling (1819-1852). Balcescu werd in Boekarest geboren in een gezin van de lage adel. Hij gebruikte de meisjesnaam van zijn moeder die oorspronkelijk uit Balcesti (jud. Vâlcea) kwam, in plaats van de naam van zijn vader Petrescu. Hij studeerde geschiedenis van zijn 13e tot zijn 19e jaar. Dan ging hij het leger in en raakte betrokken bij een complot tegen een landeigenaar. Toen men dat ontdekte werd hij twee jaar lang in een klooster opgesloten. Om zijn kennis van de geschiedenis uit te breiden studeerde hij ook in Frankrijk en Italië en was de uitgever van het historische tijdschrift 'Magazin istoric pentru Dacia' (Historisch tijdschrift voor Dacië), dat voor het eerst in 1844 verscheen. Geïnspireerd door de volksopstanden in Frankrijk in 1844 keerde Balcescu terug naar Boekarest om mee te doen met de 11 juni revolutie. Hij was zelfs 2 dagen minister voor de liberalen. Hij werd op 13 september door het Turkse gezag gearresteerd. Zij hadden de revolutie gesmoord. Hij slaagder er in naar Transylvanië te vluchten, maar ook daar was hij voor de Habsburgse authoriteiten niet welkom. In 1849 onderhandelde Balcescu in Boedapest met Roemeense en Hongaarse revolutionairen. Als geschiedkundige was zijn grootste werk Românii supt Mihai-Voievod Viteazul (een studie over Michiel de Moedige), die hij tijdens zijn ballingschap in 1849 schreef. Hij stierf in Palermo in Italië op 33-jarige leeftijd aan tuberculose. Meer informatie in het Engels: http://en.wikipedia.org/wiki/Nicolae_Balcescu

foto: Nicolae Balcescu

Basarab, Neagoe
Heerser van Walachije tussen 1512 en 1521. Neagoe stamde af van een adelijke familie uit Craiova, die de leiding had in Walachije in de 15e en 16e eeuw. Hij viel op als een evenwichtig, verstandig en geleerde prins. Hij werd vaak geconfronteerd met problemen hoe hij de rust in het land moest handhaven, maar ook hoe hij de belasting bij elkaar moest krijgen die de Turken aan zijn land opgelegd hadden. Hij bevorderde de ontwkkeling van de handel en de vakkunst. Zijn buitenlandse politiek was om een evenwicht te zoeken tussen de claims van het Turkse en het Hongaarse rijk. Als diplomaat probeerde hij nieuwe contacten te leggen met Venetië en Rome. Hij probeerde een scheidsrechter te zijn bij de ideologische conflicten tussen de Orthodoxe en de Katholieke wereld. Hij geloofde dat een verenigd Christendom beter weerstand kon bieden tegen het Turkse rijk. Neagoe Basarab's regering wordt hoofdzakelijk in verband gebracht met de opmerkelijke zaken die hij voor elkaar heeft gekregen, zoals het klooster van Curtea de Arges. Hij ging door met de traditie van de Byzantijnse keizers om de Orthodoxe kerk te beschermen. Hij gaf giften aan de kloosters in de Balkan en pelgrimsplaatsen in Constantinopel, Jeruzalem en de berg Sinaï. Hij schreef over filosofie, krijgskunst, moraal en politiek. Hij droeg dit op aan zijn zoon. Hij schreef in het Slavisch en werd via het Grieks in het Roemeens vertaald.

foto: Neagoe Basarab

Blandiana, Ana
Dichteres (1942-). Ana Blandiana is dichteres en prozaschrijfster en een van de meest vooraanstaande auteurs van haar generatie. Haar werken zijn in veel talen vertaald. Jan Willem Bos vertaalde veel gedichten van haar in het Nederlands. Aan het eind van de jaren tachtig kreeg ze bekendheid door haar verzet in woord en geschrift tegen de communistische dictatuur. Ook na de decemberrevolutie van 1989 is ze actief gebleven in de politiek. Ze heeft in 1997 in Sighetu Marmatiei de beruchte staatsgevangenis heropend als monument tegen de oorlog en onderdrukking.

foto: Ana Blandiana

Brancoveanu, Constantin
Bouwmeester (1654-1714). Op 34-jarige leeftijd kwam de Walachijse prins in Boekarest op de troon. Walachije is het deel van Roemenië ten zuiden van de Karpaten, het tegenwoordige Oltenië en Muntenië. Walachije was een vazalstaat van de Turkse sultan. Jaarlijks moest hij geld, kleding en vee aan hem afdragen. Ondanks het wegvloeien van zoveel rijkdom bleef het een welvarend land. Brancoveanu was een groot bouwmeester. Hij creëerde een bouwstijl gebaseerd op de Renaissance en Barok met veel versieringen. Veel kerken in Boekarest zijn gebouwd in de stijl brancovenesc. Hoewel Ceausescu er enige liet afbreken zijn er een aantal in Boekarest bewaard gebleven: kerk en klooster van Stavropoleos in het oude centrum; de kerk Cretulescu, bij de Senaat, bekend van de balkonscene van Ceausescu; de Colteakerk. Een 20 kilometer ten noorden van de stad ligt het Mogosoia-paleis, dat gebouwd werd voor zijn zoon. Het klooster in Horezu heeft ook veel versieringen in deze stijl, evenals Sâmbata. Politiek zocht Brancoveanu aansluiting bij het Oostenrijk-Hongaarse rijk en tsaar Peter de Grote van Rusland. De sultan beschuldigde hem van verraad. Onverwacht werd hij naar Constantinopel gebracht en enige tijd later met zijn kinderen ter dood veroordeeld.
Zijn weduwe heeft hun stoffelijke resten naar Boekarest gesmokkeld.

foto: Constantin Brancoveanu

Brâncusi, Constantin
Roemeens beeldhouwer en pioneer in abstracte-kunst (1876-1957). Brâncusi komt uit een grote boerenfamilie vanuit een district met een traditie van werken met hout. Hij werd geboren in Hobita bij Târgu Jiu (jud. Gorj) Hij kreeg in Craiova en Boekarest een opleiding tot beeldhouwer. Hij vertrok in 1902 lopend naar het westen en kwam in 1902 in München aan. In 1904 vertrok hij naar Parijs. Naast het Museum Pompidou staat nu een klein museum, met zijn werkplaats (voor een foto daarvan zie Târgu Jiu bij Oltenia). Zijn belangrijkste werken in Roemenië staan in Târgu Jiu. De drie sculpturen staan in een rij op een afstand van 1735 meter. Ze staan in het Centrale Park en het Jeugdpark en werden opgericht als monument voor de slachtoffers in de Eerste Wereldoorlog.

foto: Constantin Brâncusi

Carol I

Koning Carol I van Roemenië (1839-1914). Hij heette eigenlijk Karel Eitel Frederik Zephyrinus Lodewijk van Hohenzollern-Sigmaringen (Sigmaringen is het kasteel van de Hohenzollers in Sigmaringen, in het zuidwesten van Beieren bij de Bodensee). Hem werd gevraagd koning te worden van Roemenië en besteeg daartoe als Carol I in 1881 als eerste koning de Roemeense troon. Voor die tijd diende hij in het leger van Pruisen. Na de val van vorst Alexander Johan Cuza werd hij door de regering van Roemenië tot vorst verkozen. Het land was in 1862 onder soevereiniteit van het Ottomaanse Rijk gesticht. Carol arriveerde in Boekarest, alwaar hij hartelijk werd verwelkomd door een grote menigte en hoge politici. Hij ontving de titel "domnitor" (heerser, vorst) en hem werd voor het parlement de eed afgenomen. Carol trad in 1869 in het huwelijk met Elisabeth zu Wied (schrijverspseudoniem Carmen Sylva). In 1870 kregen ze hun enige kind Maria, dat echter vier jaar later stierf. De eerste jaren in Roemenië vielen de vorst zwaar. Hij moest zich aanpassen aan een nieuwe cultuur, een nieuwe taal leren en gewend raken aan de manier van regeren van de Balkan. Hij regeerde echter op daadkrachtige wijze, reorganiseerde het leger en bevorderde het aanleggen van spoorwegen en de oprichting van bedrijven. Hij leidde in 1877/78 de Roemeens-Russische troepen in de Russisch-Turkse Oorlog, waarna hij op het Congres van Berlijn als volledig souverein heerser werd erkend. Carol werd op 26 maart 1881 tot koning uitgeroepen. De binnenlandse politiek, die nog steeds werd beheerst door de rijke grootgrondbezitters, werd onder Carols bewind tweemaal opgeschrikt door boerenopstanden, een in het zuidelijke deel Walachije in 1888 en een in het noordelijke deel Moldavië 1907. Elisabeth en Carol: Carol I was een streng en gedisciplineerd persoon met hoge morele standaarden. Zijn hele leven lang probeerde hij zijn nauwgezette manier van leven op de mensen om hem heen over te brengen. Koningin Elisabeth zei wel dat hij zelfs tijdens zijn slaap de kroon droeg. Toen de Eerste Wereldoorlog begon besloot de Roemeense regering zich niet bij Duitsland aan te sluiten. De van oorsprong Duitse Carol verzette zich hier - zeer tegen zijn gevoel - niet tegen. Aangezien hij kinderloos was had Carol zijn broer Leopold als troonopvolger aangewezen. Die gaf het recht van troonopvolging weer door aan zijn zoon Ferdinand. Na Carols dood in 1914 in Sinaia werd hij begraven in de Bisschoppelijke Kerk in Curtea de Arges. Twee jaar later werd ook zijn vrouw er bijgezet. In Boekarest hebben de boulevards weer hun oude namen. Vanaf het Piata Universitata naar het westen heet het weer Regina Elisabetha en naar het oosten is Carol I vernoemd.

foto: Carol I en Elisabeth

Carol II
Koning Carol II was van 1930 tot 1940 koning van Roemenië (1893-1953). Hij was de oudste zoon van koning Ferdinand en prinses Marie van Edinburgh, een kleindochter van koningin Victoria van Engeland en tsaar Alexander II van Rusland. Hij was de eerste Roemeense koning die in Roemenië werd geboren. In zijn eerste jaren werd hij onderwezen door koning Carol I die hem voorbereidde op het koningschap. Carol staat meer bekend om zijn liefdesperikelen dan om zijn manier van regeren, daarvan ontbrak hem namelijk elke kennis. Hij trouwde voor de eerste maal met de dochter van een Roemeens generaal. Ze kregen één zoon, maar het huwelijk werd bij koninklijk besluit ongeldig verklaard. In 1921 trad hij in Athene in het huwelijk met Helena, de dochter van Konstantijn I van Griekenland. Dit huwelijk was ook geen lang leven beschoren aangezien Carol een langdurige affaire kreeg met Magda Lupescu (eigenlijk Elena Wolff), de dochter van een joodse apotheker. Samen met haar verhuisde Carol naar Parijs. Als gevolg van dit schandaal gaf hij zijn recht op de troon op ten gunste van de zoon die hij bij Helena had, Michael (Mihai). Michael volgde in 1927 Ferdinand op als koning. Aangezien koning Michael nog een kind was vroeg het parlement in 1930 aan Carol II om weer terug te keren. Voorwaarde was dat hij een einde zou maken aan zijn relatie met Magda Lupescu. Hij werd in Boekarest voor het parlement tot koning gekroond. Lupescu keerde op onopvallende wijze weer terug naar Roemenië en koningin Helena zag zich gedwongen het land te verlaten. Carol II heerste tien jaar lang, een periode van grote economische groei, gevolgd door een wereldwijde crisis, maar ook de periode waarin een eind kwam aan de parlementaire democratie. In 1938 maakte Carol zichzelf tot absoluut heerser en verbood alle politieke partijen. Door een verdrag tussen Nazi-Duitsland en de Sovjetunie moest Roemenië in 1940 grote stukken grond afstaan. Het gebied van de tegenwoordige republiek Moldavië en het noorden van Boekowina ging naar de Sovjets, het noordwesten van Transylvanië kwam bij Hongarije en in het zuiden gingen delen naar Bulgarije. Het volk nam dit de koning zeer kwalijk en Carol zag zich in 1940 genoodzaakt de macht over te dragen aan generaal Ion Antonescu, die hem als koning afzette. De 19-jarige Michael werd opnieuw koning, maar in feite was Antonescu de baas. Carol II en Magda Lupescu verlieten Roemenië voorgoed in een speciale trein. Tijdens en vlak na de Tweede Wereldoorlog probeerde Carol nog een aantal keer weer op de troon te komen. Hij had zelfs contact met de Sovjets, maar niemand in Roemenië steunde hem. Carol stierf in Portugal, maar zijn stoffelijk overschot werd in 2003 naar Roemenië overgebracht.

foto: Carol II

Ceausescu, Elena
Vrouw van Nicolae Ceausescu
(1919-1989). Ze werd geboren als Elena Petrescu in Petresti (jud. Ilfov). Elena Ceausescu was reeds voor de Tweede Wereldoorlog lid van de Roemeense Communistische Partij. Na de oorlog trouwde zij (met goedkeuring van de partij) met Nicolae Ceausescu, toen nog secretaris van de communistische jeugdbeweging. Hoewel haar man in 1965 partijleider werd van de Roemeense Communistische Partij en in 1967 voorzitter van de Staatsraad (d.w.z. staatshoofd), bleef Elena aanvankelijk op de achtergrond. Nicolae had nog geen behoefde aan een machtige vrouw met politieke ambities aan zijn zijde. Elena wist echter 'carrière' te maken binnen de wetenschappelijke wereld. In de jaren zestig studeerde Elena 'af' in de natuur- en scheikunde. De halfanalfabete Elena werd tot voorzitster van de Sectie Natuurkunde van de Opperste Economische Raad gekozen. Sinsdien 'schreef' zij diverse wetenschappelijke publikaties (men neemt aan dat de boeken in opdracht van haar werden geschreven) en werd diverse malen in het buitenland onderscheiden voor haar prestaties op wetenschappelijk gebied. Maar een carrière in de wetenschap was niet voldoende voor professor doctor ingenieur Elena Ceausescu en ze ambieerde een politieke carriere. Ze wist in 1973 haar man zover te krijgen haar tot lid te maken van het Politieke Uitvoerende Comité (politburo) van de RCP en vanaf het begin van de jaren tachtig was zij tevens vice-president. Men verwachtte dat Elena haar man zou opvolgen wanneer deze kwam te overlijden. Net als haar man had zij een enorme hang naar luxe. Met name juwelen en kleding hadden haar belangstelling. Men zegt dat haar kledingcollectie drie paleizen kon vullen! Kijk ook eens op www.ceausescu.org (Engels).

foto: Nicolae en Elena Ceausescu

Ceausescu, Nicolae
Dictator (1918-1989). Hij werd geboren in Scornicesti (jud. Olt). Na het overlijden van Gherghiu-Dej in 1965 werd een nieuwe grondwet aangenomen waarin Roemenië werd uitgeroepen tot een socialistische republiek. Ceausescu's beleid was om steeds zelfstandiger van de Sovjet-Unie te opereren; zo weigerde hij om troepen beschikbaar te stellen die in augustus 1968 een einde moesten maken aan de 'Praagse lente'. Hierdoor werd hij populair bij de westerse mogendheden en ook d
e relatie met de Sovjet-Unie had nauwelijks te lijden van het beleid van Ceausescu. Men had goed door dat de communistische partij de machtigste zou blijven en dat Roemenië altijd lid van het Warschaupact zou blijven. Hij werd door Koningin Juliana en de Engelse koningin Elisabeth II hiervoor onderscheiden. De periode van relatieve politieke dooi veranderde vanaf 1971 compleet na de bekendmaking van de terugkeer naar de orthodox-communistische ideologie. De functie 'president voor het leven' werd bedacht. Ceaucescu liet zich tot president benoemen en in de jaren zeventig en tachtig kwam de Roemeense samenleving steeds meer onder de wurgende greep van de partij te staan en verstevigde Ceausescu zijn greep op de partij. Hij kreeg zijn adviezen nog maar van een klein aantal getrouwen en steeds meer van zijn eigen familie. Economisch ging de meeste aandacht uit naar de zware industrie en er werd veel geld gestoken in gigantisch dure projecten die niet ten goede kwamen aan het volk, maar voornamelijk ter meerdere eer en glorie van hemzelf gerealiseerd werden. Zo liet hij in Boekarest het Paleis van het Volk bouwen, het op één na grootste gebouw van de wereld. Ook besloot hij om de grote buitenlandse schuld versneld af te lossen. Alle invoer werd gestopt en alles werd gezet op de export van allerlei producten. Hierdoor stortte de economie totaal in en brak een donkere periode aan voor de Roemeense bevolking, een periode die ook wel bekend stond onder de drie f's: frica, foame, frig - angst, honger, kou. Berucht is zijn ideeën over systematisering. Veel dorpen moesten afgebroken worden, stuwdammen werden aangelegd en veel boeren moesten in flats wonen. Als protest werd in West Europa de "Opération Villages Roumains" (OVR) opgericht. In de meeste andere socialistische landen kwam er een einde aan de alleenheerschappij van de communistische partijen, maar nog in november 1989 liet Ceausescu zich weer tot partijleider kiezen. Het was echter duidelijk dat het nog maar een kwestie van tijd zou zijn dat de hele bevolking in opstand zou komen tegen de gehate dictator. Op 15 december 1989 probeerde de geheime dienst van Roemenië, de Securitate, de Protestantse etnisch-Hongaarse dominee László Tókës onder dwang over te plaatsen van zijn woonplaats Timisoara naar een provinciedorp. Hij werd echter beschermd door zijn parochianen en deze gebeurtenis groeide uit tot een rel die weer uitliep op een massale anti-communistische volksopstand in Timisoara. Het leger en de veiligheidsdienst probeerden de opstand neer te slaan wat honderden mensen het leven kostte. Op 21 december sloeg de opstand over naar Boekarest en naar andere steden in Roemenië. Ceausescu en zijn vrouw probeerden het land te ontvluchten, maar werden door het leger, dat de zijde van het volk had gekozen, aangehouden en na een 'proces' ter dood veroordeeld en op 25 december in Târgoviste geëxecuteerd. Ze liggen beiden begraven in een afzonderlijk graf op de begraafplaats Ghencea in Boekarest, vlakbij hun zoon Nicolae, die zich dood gedronken heeft.

foto: Nicolae en Elena Ceausescu, balkonscene

Cel Mare, Stefan (Stefan de Grote)
Prins van Moldavië (1457-1504). Hij was een groot militair en politiek leider en bracht voorspoed in het land. Hij schiep een machtig Moldavië, dat de Ottomanen (Turken) verhinderde verder naar het westen te trekken. De dreiging kwam ook uit het westen: Koning Matthias Corvinus van Hongarije (zijn standbeeld staat bij de kathedraal van Cluj) had ook last van een uitbreidingsdrift. Tijdens zijn regering werden in Moldavië veel kloosters gebouwd: Voronet, Suceava en Putna. In deze laatste zou hij begraven zijn. Zijn zoon Bogdan werd een vazal van de Turkse sultan.

foto: Stefan Cel Mare

Coanda, Henri Marie
Uitvinder (1886-1972). Henri Coanda was een uitvinder, aerodynamisch ingenieur en de geestelijk vader van het straalvliegtuig. Coanda verwierf de grootste bekendheid door zijn onderzoek naar het 'Coanda-effect': het verschijnsel dat een vloeistofstroom langs een convex oppervlak loopt, in plaats van een rechte lijn in de oorspronkelijke richting te volgen. Coanda verkreeg in 1934 een Frans patent voor dit fenomeen. De werking van een straalmotor berust op dit effect. Coanda maakte zijn eerste vlucht met een straalmotor in 1954. Het vliegveld van Boekarest, voorheen Otopeni genaamd, heet sinds 2004 Henri Coanda International Aeroport (Aeroportul International Henri Coanda).

foto: Henri Marie Coanda

Comaneci, Nadia
Turnster (1961-heden).
Nadia Elena Comaneci werd op 12 november in Onesti (jud. Bacau) geboren. Ze is een beroemd athlete en haalde 10 Olympische medailles met gymnastiek. Ze is vooral goed op de rekstok en de brug met ongelijke leggers.Nadia trouwde met Bart Conner en houdt zich ook veel bezig met het relame maken van sportkleding. Ze is in Boekarest een weeshuis begonnen. Veel informatie staat op de Engelse homepage: www.nadiacomaneci.com

foto: Nadia Comaneci

Cuza, Alexander John
Prins (1820-1873). Alexander Cuza was de eerste prins van zowel Walachije als Moldavië. Hij werd door de Turken erkend als soeverein vorst over de unie van de prinsdommen. Daarna stond dit gebied bekend als Roemenië. Hij verminderde de afstand tussen de adel en de gewone man, de boeren kregen het recht om land te kopen. Hij stichtte de universiteiten van Boekarest en Iasi. In 1866 dwongen verraders hem af te treden. Zij maakten daarbij gebruik van de financiële problemen waarin het land verkeerde en de afkeer van velen ten opzichte van de landbouwpolitiek. Ook had men grote problemen met zijn persoonlijke leven. Hij werd daarom naar het buitenland verbannen.

foto: Alexander John Cuza

Decebal
Decebal was de laatste koning van het rijk Dacië. Dit land strekte zich uit vanaf de vlakte waar nu Hongarije ligt tot aan de Donau, in het oosten tot aan de Zwarte Zee. De Romeinen beschouwden de Donau als de noordgrens van het Romeinse rijk. Om die grens te beschermen werd jarenlang schatting betaald door de Romeinen. In het jaar 78 na Chr. staken de Daciërs toch de Donau over. Toen de Romeinse keizer Traianus aan de macht kwam liet hij door Appolodorus van Damascus een brug bouwen bij Drobeta Turnu Severin. Hij wilde van Dacië een Romeinse provincie maken. Toen Decebal merkte dat hij niet tegen het Romeinse leger op kon, pleegde hij zelfmoord. In Adamclisi (jud. Constanta) en Rome staan monumenten ter ere van de Romeinse overwinner Traianus. De foto toont het grote beeld, uitgehakt in de rotsen in de IJzeren Poort bij Orsava.

foto: beeld van Decebal

Eminescu, Mihai
Mihai Eminescu (1885-1889) wordt beschouwd als de grootste dichter van Roemenië. Hij werd in de hoofdstad van de provincie Botisani geboren als zevende kind in een gezin van elf kinderen. Zijn vermogende vader was inner van belastingen op sterke drank. Op achtjarige leeftijd wordt hij naar een kostschool gestuurd. Als hij tien jaar is gaat hij naar het gymnasium. Hij blinkt uit in de Roemeense taal. Meerdere keren loopt hij weg van school, maar zijn vader probeert hem met de zweep weer naar school terug te slaan. Mihai sluit zich in 1864 aan bij de teathergroep van Fanny Tardini en gaat mee op toernee naar Brasov. Hij is erg onder de indruk van Fanny's schoonheid. In 1865 gaat hij weer terug naar school, waar hij aangegrepen wordt door het overlijden van een van zijn leraren en schrijft het gedicht "La moartea lui Aron Pumnul" (Bij de dood van Aron Pumnul). Hij gaat lopend naar Blaj (jud Alba), het kleine Rome, waar zijn leraar Pumnel hem over verteld had. In 1870 ontmoet hij Veronica Micle tijdens een reis naar Wenen. In 1870 helpt hij bij het organiseren van het feest bij het 400-jarig bestaan van het klooster bij Putna. Zijn bekendste gedicht is La Steaue (= Aan de Ster). Op 33-jarige leeftijd tot aan zijn dood verblijft hij in meerdere psychiatische inrichtingen. In 1886 wordt hij opgesloten in het klooster van Neamt. Hij overlijdt 15 juni 1889. Zie meer informatie op www.fa-kuan.muc.de/EMINESC.HTML (Engels)

foto: Mihai Eminescu

Enescu, George
George Enescu (1881-1955) is de bekendste componist van Roemenië; daarnaast is hij ook bekend als violist, pianist, docent en dirigent. Hij werd geboren in Liveni (jud. Botosani), een dorpje aan de rivier de Prut, nu de grens met de huidige republiek Moldavië. De dichter Eminescu werd in dezelfde streek geboren. Enescu studeerde in Wenen, om vervolgens zijn studie voort te zetten in Parijs, bij vooraanstaande musici als Jules Massenet en Gabriel Fauré. Hij was een zeer getalenteerd musicus (vooral op de viool) en leraar van de beroemde violist Yehudi Menuhin. Zijn werken hebben vaak een Roemeens karakter en met name zijn eerste Roemeense Rapsodie is heel beroemd geworden. Zijn opera "Oedipus" kan gezien worden als zijn grootste werk. Hij was een zeer productief componist van o.a. liederen, kamermuziek en pianomuziek. Tijdens de Wereldoorlog I bleef hij in Roemenië. In het Interbellum was hij veel op reis, o.a. naar de Verenigde Staten, maar hij gaf ook concerten in veel plaatsen van zijn eigen land. Hij had contacten met Carmen Sylva, de vrouw van koning Carol I. Na de Wereldoorlog II vertrok hij naar Amerika. Het communistische regime beschouwde hem als verrader. Pas in 1954 werd hij door Petru Groza gevraagd weer naar Roemenië terug te keren. Hij was daartoe lichamelijk niet meer in straat en stierf een jaar later in Parijs, waar hij op Père Lachaise werd begraven. Het symfonieorkest van Boekarest is naar hem vernoemd. In Boekarest staat het George Enescu museum aan de Calea Victoriei 141. Meer informatie vindt u op http://enescu.go.to/

foto: George Enescu

Ferdinand
Zijn volle naam was Ferdinand Victor Albert Meinrad van Hohenzollern-Sigmaringen (1865-1927). Hij was van 1914 tot zijn dood koning van Roemenië. Hij was de tweede zoon van Leopold van Hohenzollern-Sigmaringen (in Sigmaringen bij de Bodensee in Beieren is het stamslot van de Hohenzollerns). Hij was een verlegen man, maar cultureel zeer onderlegd. Hij sprak vloeiend verschillende vreemde talen en hield erg van plantkunde. Informeel werd hij "Nando" genoemd. Ferdinand bezocht Roemenië voor het eerst in 1884, maar keerde korte tijd later terug naar Duitsland om zijn studie af te ronden. Nadat zijn vader Leopold en zijn broer Willem hadden afgezien van hun recht op de troon werd hij in november 1888 troonopvolger van zijn oom Carol I. Hij ging weer naar Roemenië om zijn plichten als troonopvolger te vervullen. De koning had weinig sympathie voor zijn neef en liet dit duidelijk blijken door hem openlijk te vernederen en te beledigen. In 1893 trad hij in het huwelijk met prinses Marie van Edinburgh, dochter van hertog Alfred van Saksen-Coburg-Gotha en dus een kleindochter van koningin Victoria en tsaar Alexander. Marie ("Missy") was knap, verwaand en melodramatisch en koos de zijde van haar schoonvader. Ferdinand volgde in 1914 zijn oom op als koning. Hij besloot onder invloed van zijn gemalin mee te doen aan de Eerste Wereldoorlog en tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije te strijden, hoewel hij familie was van de Duitse keizer Wilhelm II. Zijn familie verstootte hem en en hees de zwarte vlag op Slot Hohenzollern. Door samenwerking met Engeland en Frankrijk wilde Ferdinand de drie miljoen etnische Roemenen van het Hongaarse Transsylvanië en de Oostenrijkse Boekowina toevoegen aan zijn 7,5 miljoen onderdanen. Roemenië werd eind 1916 verpletterend verslagen en de regering moest uitwijken naar Iasi. In 1918 ging het de Roemeense troepen echter weer goed en Ferdinand keerde terug naar Boekarest. Dankzij de geboekte overwinningen en de territoriale verliezen van Hongarije en Rusland werd Roemenië flink uitgebreid. In 1922 werd Ferdinand in Alba Iulia, in het hart van Transsylvanië, in een spectaculaire ceremonie tot koning Ferdinand van Groot-Roemenië gekroond. Ferdinands zoon Karel deserteerde uit het leger en ging er met zijn minnares vandoor naar Parijs. Hij gaf zijn recht op de troon op. Michael (Mihai), kleinzoon van de koning, volgde hem na diens dood in 1927 op.

foto: Ferdinand

Gheorghiu-Dej, Gheorghe
Partijleider (1901-1965). De eerste belangrijkste man tijdens de communistische overheersing was Gheorghe Gheorghiu-Dej. De toevoeging Dej zette hij vanaf 1931 achter zijn naam, omdat hij toen in die stad in de gevangenis zat. Vanaf 1945 tot aan zijn dood was hij secretaris-generaal van de Communistische Partij was. Na zijn aftreden in 1955 als premier bleef hij als secretaris-generaal wel de invloedrijkste figuur. In 1961 werd hij president van Roemenië. In april 1948 nam de Nationale Vergadering (Assemblée), volledig gedomineerd door de Roemeense Communistische Partij, een nieuwe grondwet aan. Een vloedgolf van nationalisaties volgde. Alles van banken tot fabrieken en transportbedrijven tot bakkerijen, verviel aan de staat. De collectivisering van de landbouw werd door zijn onderminister van landbouw, Nicolae Ceausescu, met geweld doorgevoerd. Niet door de grondwet toegelaten politieke partijen werden ontmanteld en hun leiders en aanhangers gearresteerd en veelal vermoord. Velen werden in de gevangenissen in Aiud, Gherla of Sighetu Marmatiei geplaatst, of ingezet bij het graven van het Heldenkanaal van de Donau naar de Zwarte Zee. De Securitate, de Geheime politie voerde een waar schrikbewind uit. De buitenlandse politiek werd minder afhankelijk van Moskou.

foto: Gheorghe Gheorghiu-Dej

Groza, Petru
Roemeens politicus (1884-1958). In 1918 werd hij verkozen tot lid van de grote raad van Transylvania, die verklaarde dat dit landdeel voortaan een deel van Roemenië zou zijn. Het volgende jaar werd hij gekozen als lid van de Progressieve Boerenpartij en hij werd minister in twee kabinetten. Bij het verdelingsverdrag van Jalta, waarbij Oost-Europa na de Tweede Wereldoorlog verdeeld werd in invloedsferen, werd Roemenië aan de Sovjet-Unie toegewezen. In 1945 kwam er een speciale afvaardiging uit de Sovjet-Unie, die koning Mihai dwong om Groza als minister-president te benoemen. Toch had de Communistische Partij toen maar 1000 leden. Op 30 december 1947 werd Koning Mihai gedwongen afstand te doen van de troon. De productiemiddelen werden genationaliseerd en er werd een planeconomie ingesteld. De nadruk werd gelegd op landbouwcollectivisatie. Er waren duizenden arrestaties en verdwijningen op de wijze van Stalin. Groza bleef minister-president tot 1952. Toen werd hij tot voorzitter van het Presidium van de Grote Nationale Vergadering gekozen (eenvoudig gezegd, hij werd staatshoofd). Hij werd in 1957 herkozen en stierf tijdens die regeerperiode. Zijn opvolger werd Gheorghiu-Dej.

foto: Petru Groza

Ianchelevici, Idel
Kunstenaar (1909-1994). Ianchelevici werd in 1909 in Leova geboren, een toen nog Roemeens stadje aan de grensrivier de Prut, nu behorend tot de Republiek Moldavië. Hij verliet al op jonge leeftijd, in 1928, zijn geboorteland en vertrok naar België om daar aan de academie van Luik verder te studeren. Hij vervulde zijn dienstplicht in Galati, waar hij veel tekende. Op de zolder van de kazerne zijn rond 1995 een aantal tekeningen gevonden. Daarna keerde hij terug naar Luik. Daar kreeg hij in 1933 de eerste prijs voor zijn beeldhouwwerk. Hij trouwde hij met een Belgische, Elisabeth Frenay, en verhuisde met haar naar Brussel. Hier deed hij werk voor de Wereldtentoonstelling in 1935. Na de oorlog in 1945 werd hem de Belgische nationaliteit verleend. Ianchelevici maakte in de hierna volgende jaren beeldhouwwerk voor vele plaatsen in de wereld, zoals het Stanley monument in Kinshasa (Congo). Ook maakte hij ontelbare tekeningen, vooral in de open lucht. Tijdens zijn vele reizen bezocht en werkte hij ook vaak in Nederland. Naast het in brons uitvoeren van het werk, begon hij in het moeilijker marmer en steen te werken. Hij werkte daarbij hoofdzakelijk naar menselijke figuren, soms naar dierfiguren zoals het paard. Zonder te schetsen of het maken van ruimtelijke voorstudies, componeerde Ianchelevici zijn beelden al boetserend of hakkend in marmer. Zijn tekeningen in potlood of Oostindische inkt hebben genoeg aan enkele trefzekere lijnen. Zonder enige vlakvulling of kleuring tonen zij het karakter van de figuren. Er zijn musea gewijd aan het werk van Ianchelevici in La Louvière (België) en Maisons Laffitte (Frankrijk).

foto: Idel Ianchelevici

Maior, Petru
Grieks-Katholiek theoloog
(1761-1821). Petru Maior was een theoloog, historicus en Roemeens taalkundige. Hij studeerde in Târgu Mures, Blaj, Rome en Wenen. In 1870 werd hij leraar op het gymnasium van Blaj en later priester in Reghin. Petru Maior was een voorvechter voor de Roemeense rechten op Transylvanië. Hij probeerde te bewijzen dat de Roemeense taal via de Daciërs ontstaan is. De Daciërs zijn de afstammelingen van de Romeinen.

foto: Petru Maior

Maxy, Max Herman
Max Herman Maxy, Roemeense avant-gardist (1895 - 1971), geldt als een belangrijk vertegenwoordiger van de Roemeense avant-garde. In 1916 debuteerde hij bij de Dada-beweging. Hij maakt vervolgens carrière als schilder, ontwerper van boekomslagen, toneeldecors en boekïllustaties, als theoreticus, als directeur van de Academie / Artelor Decorative (soort Bauhaus) en het Staatsmuseum voor de kunst in Boekarest. Hij levert zowel beeldende als tekstuele bijdragen aan Roemeense tijdschriften als Contimporanul, 75 HP, Punct, Integral en Unu en neemt deel aan diverse belangrijke tentoonstellingen. In zijn latere werk laat hij een constructivistisch-kubistische stijl zien. Zie ook www.kubisme.info/kb157.html.

foto: Max Herman Maxy

Mihai (Koning Michael)
Mihai werd geboren in 1921, was de laatste koning van Roemenië. Hij regeerde van 20 juli 1927 tot 8 juni 1930 en van 6 september 1940 tot 30 december 1947. In de tussentijd was zijn vader, Carol II, aan de macht. Zijn moeder was prinses Helena van Griekenland en Denemarken, dochter van koning Constantijn I van Griekenland. Michaels kindertijd werd overschaduwd door spanningen tussen zijn ouders die voortkwamen uit het gedrag van zijn vader. Prins Carol kreeg kort na Michaels geboorte een langdurige affaire met Magda Lupescu. In 1925 ging Carol er met zijn minnares vandoor naar Parijs en moest zijn recht op de Roemeense troon opgeven. Zo werd Michael in 1926 op 5-jarig
e leeftijd de troonopvolger. In 1927 stief koning Ferdinand en werd opgevolgd door Michael. Aangezien hij pas 6 jaar oud was, werd de regering waargenomen door regenten. In 1930 keerde Carol echter onverwachts terug in Roemenië en werd een dag later voor het parlement tot koning gekroond. De regering hoopte dat hij de politiek - die na de Eerste Wereldoorlog een chaos was geworden - weer in goede banen zou kunnen leiden. Ex-koning Michael was nog steeds een basisschoolleerling en deze gebeurtenissen waren een drama voor hem. Niet zozeer omdat hij geen koning meer was, maar omdat door de terugkeer van zijn vader zijn moeder Helena het land moest ontvluchten. Michael kreeg de pompeuze maar inhoudsloze titel Groot-Woiwode van Alba Iulia. De heerschappij van Carol duurde tien jaar (1930-1940). De Tweede Wereldoorlog dreigde echter en in 1940 verloor Roemenië - zonder dat er één schot was afgevuurd - door een verdrag tussen Adolf Hitler en de Sovjetunie Bessarabië, Noord-Boekowina en het noordwesten van Transsylvanië. Het volk gaf Carol hiervan de schuld en op 5 september 1940 droeg hij de macht over aan generaal Ion Antonescu, die hem de volgende dag afzette. De 19-jarige Michael werd opnieuw koning, maar in feite was Antonescu de baas. Michaels tweede regeringsperiode begon onder dramatische omstandigheden. Roemenië was nog maar een deel van wat het enige jaren eerder was en de macht van de koning was uiterst beperkt. In feite regeerde Antonescu als dictator en was Roemenië een satellietstaat van Nazi-Duitsland. Het land werd hoofdleverancier van olie en graan voor het oostfront. In deze turbulente oorlogsperiode lukte het Michael en enkele loyale generaals in 1944 een staatsgreep te plegen, Antonescu te arresteren en de capitulatie van Roemenië uit te roepen. Antonescu werd opgesloten in de kamer waar de koninklijke postzegelverzameling werd bewaard. Voor deze heldendaad kan Michael tot op de dag van vandaag bij de Roemenen niet stuk. De communisten namen de macht over in Roemenië en dwongen Michael in 1947 af te treden en het land te verlaten. Hij zocht asiel in Zwitserland en zou daar tot 2001 blijven wonen. Pas drie jaar na de val van het communistische regime, met Pasen 1992, werd het de ex-koning weer toegestaan zijn vaderland te bezoeken. Hij werd door miljoenen Roemenen toegejuicht bij zijn bezoek aan het klooster van Putna en daarna Boekarest. Dit beviel president Ion Iliescu niet en hij gaf Michael te verstaan voortaan weg te blijven. In 1997 kreeg hij echter het Roemeens staatsburgerschap terug en in 2001 nodigde Iliescu de 79-jarige Michael officieel uit voor een bezoek. Hij wilde laten zien dat het land zijn communistische verleden definitief van zich had afgeschud. Op 23 mei 2001 zette de ex-koning weer voet in het paleis in Boekarest. Bij het hek stonden honderden oudere Roemenen om hem te begroeten en Iliescu sprak hem aan met sire. Zie ook het artikel uit het Parool over Mihai 90 jaar oud (25 oktober 2011).

foto: Mihai

Hertha Müller
Winnares Nobelprijs voor de literatuur, geboren in Roemenië. De Duits / Roemeense schrijfster Hertha Müller, die in 2009 de Nobelprijs voor de literatuur werd toegekend, is geboren in het Roemeense Nitchidorf (provincie Timis) uit Saksische ouders die in 1987 naar Duitsland emigreerden. Veel van haar werk gaat over het Roemenië onder Nicolae Ceausescu. Müllers nieuwe roman Atemschaukel gaat over de deportatie van Duitstalige Roemenen na de Tweede Wereldoorlog naar de toenmalige Sovjet-Unie. De moeder van Müller, heeft na de nederlaag van de Duitsers vijf jaar in een Russisch strafkamp doorgebracht. Ioan Mascovescu, de burgemeester van Nitchidorf is dolgelukiig met de toekenning van de Nobelprijs aan Müller: "Dit heeft Nitchidorf in één klap op de kaart gezet".

foto: Hertha Müller

Tepes, Vlad (graaf Dracula)
Legendarische prins (1431-1476). Weinig Roemenen zijn in de hele wereld zo bekend als prins Vlad Tepes. Vooral Amerikanen zijn dol op de wrede verhalen van Dracula. Aan het eind van de 19e eeuw heeft de Ierse schrijver Bram Stoker het boek "Dracula"geschreven. Hij liet de roman spelen bij de Bargaupas ten noorden van Bistrita (tussen Cluj en Suceava) op de grens van Transylvanië en Moldavië. Het verhaal is meerdere malen verfilmd. Een Engelse makelaar wordt uitgenodigd naar Roemenië te komen bij de boeddrinkende vampier Dracula, die in Londen een huis wil kopen. Hij wordt gevangengehouden in het kasteel, maar ontsnapt en gaat terug naar Londen. Ook Dracula komt daar per boot. In Engeland worden meer slachtoffers gemaakt. Een groep vrienden gaat achter Dracula aan om hem te bestrijden. Die tocht leidt weer naar Roemenië. Uiteindelijk wordt Dracula (voorgoed?) verslagen. De kroonprins Vlad Tepes werd in de 15e eeuw in Sighisoara geboren. Hier wijst men nog zijn geboortehuis. Hij regeerde in Târgoviste, waar hij zich bezig hield de invallende Turken en Bulgaren uit Roemenië weg te houden. Hij werd daarbij geholpen door de Saksen. Zijn manier van afschrik opwekken was nogal wreed. Hij spietste de overwonnen soldaten op puntige palen in de grond. In 1476 vond hij zijn laatste rustplaats in het klooster op het eiland bij Snagov ten noorden van Boekarest. Omdat de legende van Dracula veel toeristen brengt en de rest van het toerisme naar Roemenië maar langzaam op gang komt, heeft de Roemeense regering het plan gemaakt een pretpark rondom dit thema te bouwen. In het begin zou dit in Sighisoara gebouwd worden, maar vanwege het milieu zijn die plannen daar niet doorgegaan. Eind 2003 is besloten om het Draculapark in Snagov te bouwen. Zie uitgebreide informatie op www.donlinke.com/drakula/vlad.htm (Engels).

foto: Vlad Tepes

Viteazul, Mihai
Mihai Viteazul betekent Michiel de Moedige (1558-1601). Viteazul was van 1593-1601 Prins van Walachije, van 1599-1600 van Transylvanië en in 1600 van Moldavië. Hij is een van de grootste nationale helden van Roemenië. Hij verenigde voor de eerste keer de drie Roemeense prinsdommen onder één bestuur. Zijn leven werd beheerst door de strijd tegen de Turken. In 1595 werd in Alba Iulia een verdrag ondertekend met Transylvanië om gezamelijk de Turken te bestrijden. Viteazul bevrijdde de steden Târgoviste, Boekarest and Braila. Hij bleef doorvechten van Turnu (jud.Teleorman) en Babadag (jud. Tulcea) tot Bacau. Dertig kilometer ten zuiden van Babadag ligt het stadje Mihai-Viteazu, waar elk jaar op 15 juni een historische picknick wordt gehouden. In 1599 behaalde hij een overwinning op een Hongaarse kardinaal in Selimbar (jud. Sibiu) en werd met veel eer in Alba Iulia binnen gehaald. Hij kreeg er de sleutels van de stad aangeboden. In 1601 sneuvelde hij in Câmpia Turzii (jud Cluj) in de strijd tegen de Habsburgers.

foto: Mihai Viteazul

Vlaicu, Aurel
Luchtvaarpionier (1882-1913)
. Hij werd geboren bij Orastie (jud. Hunedoara). Hij studeerde aan de universiteit van München in Duitsland en werkte daarna als ingenieur bij de Opelfabriek in Russelheim. Hij keert terug naar Orastie en bouwde er een vliegtuig: de Vlaicu I. Hij won hiermee veel prijzen vanwege de stabiliteit en de wendbaarheid. Tijdens een poging in 1913 om met de Vlaicu II over de Karpaten te vliegen, stortte hij neer in de buurt van Plotesti. Een leuke site is www.earlyaviators.com/evlaicu.htm (Engels). Ter vergelijking: De Fransman Blériot (1872-1936) stak in 1909 als eerste het Kanaal over.

foto: Aurel Vlaicu